In de nacht van 21 op 22 oktober 2021 vond een opmerkelijk voorval plaats met de heer X, die betrokken raakte bij een eenzijdig ongeval met zijn Porsche. Tijdens het oprijden van de snelweg botste zijn auto tegen een lantaarnpaal. Met de hulp van twee vrachtwagenchauffeurs werd de lantaarnpaal onder de auto verwijderd en aan de kant gelegd. Vervolgens keerde de heer X, in de verkeerde richting, terug naar het restaurant waar hij eerder die avond had gegeten.
De schade aan de Porsche werd ingeschat op ongeveer € 20.000. De heer X meldde deze schade bij zijn assurantieadviseur, die het doorstuurde naar verzekeraar Y. Echter, de verzekeraar weigerde de schadevergoeding te vergoeden, waarbij ze stelde dat de heer X zijn medewerkingsplicht had geschonden door tegenstrijdige verklaringen af te leggen en geen politie-informatie te verstrekken na het ongeval. Hierdoor kon zij niet vaststellen of alcohol een rol had gespeeld.
Wat ging er mis?
De verzekeraar schakelde een onderzoeksbureau in om het ongeval te onderzoeken. Al snel werd duidelijk dat de heer X verschillende, niet-overeenkomende verklaringen had afgelegd over de gebeurtenissen rond het ongeval. Hij had aanvankelijk zijn vader genoemd als degene die hem had opgehaald, om later te zeggen dat vrienden dat gedaan hadden. Dit, samen met andere onduidelijkheden omtrent zijn aanwezigheid in het restaurant en het gebruik van alcohol, leidde tot de conclusie van de verzekeraar dat de heer X zijn verplichtingen niet was nagekomen. Door het niet informeren van de politie kon er bovendien geen objectief onderzoek plaatsvinden.
Rechtszaak en Uitspraak
De heer X spande een rechtszaak aan om de schadevergoeding af te dwingen. De rechtbank oordeelde echter dat de verzekeraar terecht had gehandeld. Ondanks dat de schade onder de dekking van de polis viel, had de heer X zijn medewerkingsplicht geschonden door een onduidelijk schadeformulier in te vullen en de politie niet in te lichten. De rechtbank benadrukte dat dit de mogelijkheid voor de verzekeraar om een compleet onderzoek uit te voeren had belemmerd, wat des te belangrijker was gezien het tijdstip van het ongeval en de afwezigheid van duidelijke verklaring voor het incident.
De rechter vond ook dat het registreren van de heer X in het interne verwijzingsregister niet onterecht was en veroordeelde hem tot betaling van de proceskosten, wat neerkwam op ongeveer € 4.500.
Wat kunnen we hieruit leren?
Dit incident onderstreept het belang van de medewerkingsplicht na een schadegeval. Het is cruciaal om na een ongeval direct de juiste stappen te ondernemen, zoals het informeren van de politie, ongeacht de blijkbare ernst van het voorval. Het niet naleven van deze verplichtingen kan verstrekkende financiële en juridische gevolgen hebben, waaronder de weigering van schadevergoeding en negatieve registratie bij verzekeraars.
Porsche botst tegen lantaarnpaal: Verzekeraar wijst schadeclaim af